top of page

Wat je moet weten over verpleegkundig leiderschap

Bijgewerkt op: 6 jul. 2022

De zomervakantie nadert. Nog minder dan 1 week werken (lees: verslagen nakijken, presentaties beoordelen, laatste overlegmomenten en een gepland teamuitje) en dan kan ik mijn rol als docent even laten gaan voor wat het is. Vijf (!) weken lang vakantie, wetende dat zorgprofessionals door ploeteren en soms hard moeten smeken om maar liefst 2 of 3 weken vakantie te krijgen. Toch kan ik in mijn rol als verpleegkundige het leiderschap niet goed loslaten hoor...


Zo ga ik ook deze zomer weer aan het werk in verpleeghuizen op psychogeriatrische afdelingen of somatiek. Weer even bezig zijn met mijn 'handen' en zien hoe het gaat in de zorg, dat is hoe ik de touwtjes in handen neem.


Hoe draag jij bij aan verpleegkundig leiderschap?


Zoals Marian Adriaansen (2020) beschrijft in haar artikel moet verpleegkundig leiderschap al in de propedeuse van de hbo-verpleegkunde opleiding ingezet worden. Hoe weten aanstaand verpleegkundigen anders welke rol ze willen aannemen als verpleegkundig leider in de zorgpraktijk?


CanMEDS-rollen en leiderschap

Als je kijkt naar de canMEDS-rollen (Zorg voor Beter, z.d.), dan zie je verpleegkundig leiderschap niet letterlijk uitgeschreven als rol terug. In de rol van Organisator wordt wel tekst opgenomen door Zorg voor Beter (z.d.) over verpleegkundig leiderschap:


"Toont verpleegkundig leiderschap door collega’s en teams aanwijzingen te geven, te adviseren en te coachen. Draagt continu en methodisch bij aan het bevorderen en borgen van de veiligheid van zorgvragers en medewerkers door risico’s in kaart te brengen, fouten en incidenten te melden, mogelijkheden tot verbetering van de zorgverlening te signaleren en te rapporteren."


Dit zou kunnen impliceren dat leiderschap alleen in deze rol wordt uitgedragen als je deze tekst letterlijk leest. Maar verpleegkundig leiderschap heb je wel degelijk nodig om alle rollen te kunnen uitoefenen.


Een zorgvrager met bijvoorbeeld diabetes mellitus type 2 die voortdurend rookt, is gebaat bij goede voorlichting om te voorkomen dat er gezondheidsproblemen ontstaan. Daarbij ben je als verpleegkundige de leider om te zorgen dat die voorlichting terecht komt bij de zorgvrager en eventuele naasten, zodat je vervolgens het gesprek over de mogelijke gezondheidsproblemen aan kunt gaan. Je bevindt je dan vooral in de rol van Communicator (gedragsbeïnvloeding) en Gezondheidsbevorderaar (preventie).



Afgestudeerd zijn, en dan?


Met de afronding van de hbo-verpleegkunde opleiding zou je kunnen veronderstellen dat je verpleegkundig leiderschap moet kunnen inzetten, want je bent immers getoetst op de canMEDS-rollen door de studiejaren heen. Toch voelt mijn inziens niet iedere verpleegkundige zich direct geroepen om een leiderschapsrol op zich te nemen. Dit is een proces waarin je groeit, waarbij je je eigen normen en waarden achterhaald en je ontdekt welke verpleegkundige jij wilt zijn.


Ik beschrijf een aantal gratis tips hoe jij jezelf kunt ontwikkelen in dit proces en leiderschap kunt inzetten.



 

Tip #1: Invloed uitoefenen op de zorg


De meeste verpleegkundigen zullen zich herkennen in het inzetten van leiderschap in de dagelijkse zorg. Jij bent dé verpleegkundige, de spil in het web, het aanspreekpunt voor de zorgvrager, van de familie, de arts en noem maar op. Het is belangrijk dat jij de regie neemt over het zorgproces, om kwaliteit van zorg te kunnen waarborgen.


Dit kun je alleen al bereiken door toegankelijk en flexibel te zijn naar de zorgvrager en in de samenwerking met andere zorgprofessionals. Ook kun jij door jouw motivatie om te werken in de zorg en je kennis en kunde (competente verpleegkundige) in de dagelijkse zorg richting geven aan het zorgproces.

Door het veranderende zorglandschap (meer druk, minder zorgprofessionals, meer complexiteit van zorg) moet je als verpleegkundige wel mee ontwikkelen. Wil jij bepalen welke zorg je inzet en hoe je dit wilt doen? Dan moet je daarover na denken.



Tip #2: Lef tonen buiten je eigen muren


Om leiderschap in te zetten buiten de dagelijkse zorg om, heb je lef nodig. Je moet gezien en gehoord worden. Jouw stem is belangrijk om ook te zorgen dat veranderingen omtrent (verpleegkundig) beleid plaats kunnen vinden.


Lef tonen betekent niet dat je brutaal moet zijn, maar wees juist onderzoekend en nieuwsgierig. Stel vragen over waarom we bijvoorbeeld nog dagelijks pijnscores registreren. Lef tonen kun je ook doen door het gesprek in de koffiekamer aan te gaan met andere zorgprofessionals (artsen, fysiotherapeuten, ergotherapeuten, maatschappelijk werkers, etc). Is het verzorgingsmoment van de zorgvrager per se noodzakelijk in de ochtend of kunnen we ook volstaan met een verzorgingsmoment in de middag of avond? De diëtiste wil graag een MUST score twee keer per week. Vraag eens of dit echt bij draagt aan de kwaliteit van zorg of dat het ook anders kan.


De boodschap is dat je bewust wordt van je eigen handelen en van de organisatorische processen die er spelen. Je zet een kritische bril op. Ben je nieuw op een afdeling? Leer dan eerst de afdeling en organisatie kennen door ook vragen te stellen en open minded te zijn. Houdt bijvoorbeeld een notitie boekje bij je, waarin je opvallende zaken opschrijft en later terug kunt lezen. Ook kun je eens aanhaken (of zelfs lid worden!) bij een overleg van de Verpleegkundige Advies Raad (VAR) waar veel instellingen al gebruik van maken.


Tip #3: Luister naar jezelf


Het allerbelangrijkste wat ik je wil meegeven, is luister naar jezelf. Het ene is niet beter dan het andere. Bovendien kun je zonder een goed beeld te hebben van wat leiderschap betekent voor jou, zelf ook geen leiderschap inzetten.


Er zijn verschillende vlogs die je kunt bekijken op internet om je een beeld te geven van verpleegkundig leiderschap.


Een andere belangrijke vraag voor jezelf is: waar raak jij gemotiveerd door en haal jij voldoening uit? Ben jij een verbinder? Zoek dan meer in de richting van samenwerken met andere zorgprofessionals. Ben je goed in onderzoek en argumentatie? Dan is het wellicht passend om leiderschap in te zetten richting beleid en kwaliteit. Bespreek je knelpunt eerst binnen je eigen team en zoek daarna contact met bijvoorbeeld een beleidsmedewerker die zich bekommerd om het verpleegkundige werk.


Kom je er zelf niet helemaal uit? Ga dan het gesprek aan met je leidinggevende of ga nog meer op onderzoek uit en houdt vooral je ogen open..


Ook leuk om te doen: de DISC test om je persoonlijkheidsprofiel te achterhalen.


Referenties


1. Adriaansen, M. Wenken voor meer verpleegkundig leiderschap. Tijdschrift voor Verpleegkunde. 2020;01: p34-35.

2. Zorg voor Beter (z.d.). CanMEDSrollen in de praktijk van de ouderenzorg. Geraadpleegd op 5 juli 2022, van https://www.zorgvoorbeter.nl/zorgvoorbeter/media/documents/onderwijs/bijlage-2-samenvatting-canmeds-rollen.pdf

32 weergaven0 opmerkingen
bottom of page